doos
Ovalen, spanen doos met deksel. In een dergelijke doos werden bijv. klein opgevouwen kledingstukken bewaard.
De doos is een bruikleen van de Ottema-Kingma Stichting, inventarisnummer 2973; bij Museum Hindeloopen geregistreerd onder inventarisnummer 3346.
De hondsroos bestaat uit 5 bloemblaadjes, met forse schaduwaccenten aan de rechter- en de onderkant: het licht komt van linksboven.
In dezelfde stijl schildert hij ook 6-bladige bloemen.
Schilder G schildert de blaadjes vaak in een bosje bij elkaar.
Hij werkt de groene blaadjes op met turkois.
Zijn blaadjes zijn niet altijd groen.
De halfliggende vrouw is heel herkenbaar. Vaak steunt zij op haar elleboog (bijv. op een pilaartje). Haar gezicht is opgebouwd uit 3 forse streken: 2 voor het haar en 1 voor het voorhoofd. Achter haar rechterschouder heeft zij een sluierflard, die soms op een vleugeltje lijkt. Ze heeft een duidelijke boezem.
De tulpen zijn breed opgezet, ze zien eruit als 'wijde' tulpen.
Schilder G schildert graag dwarsstreepjes door zowel bloemsteeltjes als blaadjes en door lange sprieten, die gebruikt worden als verbindingselement.
De vogel van schilder G is vaak een tamelijk mollige vogel met gespreide, afhangende vleugels. Afhankelijk van de beschikbare ruimte zijn de vleugels meer of minder wijd gespreid.
De vogels zijn opgebouwd uit verschillende kleuren, veelal groen of roze met wit en donkerrood.
Ook schildert hij graag vrouwen met vogels.
Wanneer een abstracte begrip of een idee zichtbaar wordt gemaakt d.m.v. een persoon of voorwerpen, dan spreekt men van een allegorie. Een skelet met een zeis is bijvoorbeeld een allegorie voor de dood.
De drie goddelijke deugden Geloof, Hoop en Liefde worden bijvoorbeeld als volgt gesymboliseerd:
Geloof - een vrouw met een kruis en/of een boek (de Bijbel)
Hoop - een vrouw met een anker en/of een duif
Liefde - een vrouw met kind(eren)
Deze bekendste drie-eenheid uit de bijbel komt in allerlei vormen terug, o.a. in de combinatie van de symbolen kruis, hart en anker.
De vrouw, die op het deksel is afgebeeld, heeft waarschijnlijk een anker in haar rechterhand.
In dat geval wordt met deze vrouw de Hoop gesymboliseerd.
In het Hindelooper schilderwerk worden vaak vogels afgebeeld.
Meestal zittend, recht vooruitkijkend, omkijkend, met gespreide, afhangende vleugels, met wijd gespreide vleugels, bij een vrouw op de hand, etc.
De vogels van schilder G zijn vaak tamelijk mollig en hebben gespreide, afhangende vleugels. Afhankelijk van de beschikbare ruimte zijn de vleugels meer of minder wijd gespreid.
De vogels zijn opgebouwd uit verschillende kleuren, veelal groen of roze met wit en donkerrood.
Ook schildert hij graag vrouwen met vogels.
De vroegste datering van het werk van schilder G, aangetroffen op een voorwerp, is 1779. De laatste datering is 1810.
Schilder G heeft een losse hand van schilderen, een zwierige schilderstijl. Hij beschikt over een fijne penseeltechniek, zijn werk vertoont een hoge graad van professionaliteit.
Zijn werk laat een evenwichtige compositie en een goede vlakverdeling zien. De diverse kleuren, die hij gebruikt, zijn goed op elkaar afgestemd. Als het object zich ervoor leent, schildert hij met humor, zoals het engeltje dat met een polsstok sjouwt of dat in een rocaille ligt te luieren.
In sommige van zijn werkstukken is te zien, dat hij beïnvloed is door de Rococo.
Hij schildert op de volgende ondergrondkleuren:
a. rood
b. lichtblauw
c. lichtgroen
d. (rood)bruin
e. wit
Op een witte ondergrond schildert hij de bloemen op een andere manier dan op een anders getinte ondergrond.
De hondsroos bestaat uit 5 bloemblaadjes, met forse schaduwaccenten aan de rechter- en de onderkant: het licht komt van linksboven.
In dezelfde stijl schildert hij ook 6-bladige bloemen.
De tulpen zijn breed opgezet, ze zien eruit als 'wijde' tulpen.
Schilder G schildert de blaadjes vaak in een bosje bij elkaar.
Hij werkt de groene blaadjes op met turkois.
Zijn blaadjes zijn niet altijd groen.
De halfliggende vrouw is heel herkenbaar. Vaak steunt zij op haar elleboog (bijv. op een pilaartje). Haar gezicht is opgebouwd uit 3 forse streken: 2 voor het haar en 1 voor het voorhoofd. Achter haar rechterschouder heeft zij een sluierflard, die soms op een vleugeltje lijkt. Ze heeft een duidelijke boezem.
Schilder G schildert graag dwarsstreepjes door zowel bloemsteeltjes als blaadjes en door lange sprieten, die gebruikt worden als verbindingselement.
De vogel van schilder G is vaak een tamelijk mollige vogel met gespreide, afhangende vleugels. Afhankelijk van de beschikbare ruimte zijn de vleugels meer of minder wijd gespreid.
De vogels zijn opgebouwd uit verschillende kleuren, veelal groen of roze met wit en donkerrood.
Ook schildert hij graag vrouwen met vogels.